Hoe weten we dat homeopathische geneesmiddelen niet “gewoon suikerkorrels” zijn?
13 vragen en antwoorden over Homeopathie
Homeopathie is omstreden.
Bekende personen, van politici tot (wetenschaps) journalisten, columnisten en zelfs cabaretiers zetten zich geregeld af tegen homeopathie, maar slechts weinig mensen hebben echt de gelegenheid genomen om de feiten over homeopathisch onderzoek te lezen.
Op deze plaats nemen we de vaak herhaalde stellingen over homeopathie door en bekijken hoe correct ze zijn in het licht van het wetenschappelijk bewijs tot nu toe.
Welk wetenschappelijk bewijs is er dat homeopathie werkt?
Het wetenschappelijk bewijs voor homeopathie is gebaseerd op dezelfde soorten klinische onderzoeken als die worden gebruikt om conventionele medische behandelingen te testen.
Eind 2022 waren er 271 gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken naar homeopathische behandelingen voor 144 medische aandoeningen gepubliceerd in peer-reviewed tijdschriften met voldoende informatie om de resultaten te analyseren.
Hiervan waren 157 dubbelblinde, gerandomiseerde, placebogecontroleerde onderzoeken voor 95 verschillende medische aandoeningen 1 :
- 43% was positief (67 onderzoeken) – er werd vastgesteld dat homeopathie effectief was
- 3% was negatief (5 onderzoeken) – hieruit bleek dat homeopathie niet effectief was
- 54% was onduidelijk (85 onderzoeken)
157 DB-RCT’s van homeopathie (eind 2022)
Zie Volledige lijst van dubbelblinde gerandomiseerde placebogecontroleerde onderzoeken noot 1
Chart A
Studies uitgesloten: Non-peer-reviewed tijdschriften en andere niet-academische bronnen;
niet-menselijke studies; profylaxe studies; cross-over design; enkelblinde trials.
Hoe verhoudt zich dit tot het bewijs voor conventionele geneeskunde?
1128 systematische reviews van RCT’s van conventionele geneeskunde
Grafiek B
Een analyse van 1128 systematische reviews van RCT’s van conventionele geneeskunde had opvallend vergelijkbare bevindingen wat betreft het aandeel positieve klinische onderzoeken 2
- 45% was positief – de behandelingen waren waarschijnlijk heilzaam
- 10% was negatief – de behandelingen waren waarschijnlijk schadelijk
- 45% was niet overtuigend – het bewijs ondersteunde noch het voordeel noch de schade.
Hoewel de algemene balans van het bewijs in grote lijnen gelijk is voor homeopathie en conventionele geneeskunde, is het belangrijk om te erkennen dat er een enorm verschil is in de hoeveelheid onderzoek die werd uitgevoerd. Grafiek A toont een analyse van 157 studies op een totaal van 271 individuele onderzoeken naar homeopathie. Grafiek B toont daarentegen een analyse van 1128 van de meer dan 4000 Cochrane systematische reviews over conventionele geneeskunde die in 2011 werden gepubliceerd, waarbij telkens meerdere individuele onderzoeken werden geanalyseerd.
Dit benadrukt de behoefte aan meer onderzoek naar homeopathie, met name grootschalige herhalingen van hoge kwaliteit van de meest veelbelovende positieve studies.
Het verschil in kwantiteit is ook niet verrassend als je bedenkt dat slechts een klein deel van de beschikbare financiering wordt toegewezen aan onderzoek naar ‘complementaire en alternatieve geneeswijzen’ (CAM).
Uit een analyse in het Verenigd Koninkrijk bleek bijvoorbeeld dat slechts 0,0085% van het totale medische onderzoeksbudget werd besteed aan CAM 3 . En in de VS wordt <0,4% van het gevraagde jaarlijkse medische budget van $51,1 miljard toegewezen aan CAM voor gebruik door het National Center for Complementary and Integrative Health 4.
- Volledige lijst van gerandomiseerde placebogecontroleerde onderzoeken in tabel A
Link - Boas PJFV, Spagnuolo RS, Kamegasawa A, et al. Systematic reviews showed insufficient evidence for clinical practice in 2004: what about in 2011? De volgende oproep voor het evidence-based medicine tijdperk. J Eval Clin Pract, 2013; 19(4):633-7 | PubMed
- Lewith GT. Financiering voor CAM. BMJ, 2007; 335(7627): 951. | PubMed
- Het National Institutes of Health (NIH) Office of Budget stelt dat de NIH in 2023 $51,1 miljard heeft gevraagd voor het volgende fiscale jaar. Het door de NIH gefinancierde National Center for Complementary and Integrative Health (NCCIH) had voor 2023 een budget van $170,3 miljoen, waarvan $89,9 miljoen werd gebruikt voor onderzoekssubsidies. Dus <0,4% (0,33% = $170,3 miljoen/$51,1 miljard) van het NIH-budget was voor geïntegreerde geneeskunde.
Voor een meer diepgaande, rigoureuze analyse van placebogecontroleerde onderzoeken naar homeopathie, zie het programma van systematische reviews van Dr. Robert Mathie
Link https://www.hri-research.org/resources/essentialevidence/clinical-trials-overview/
Wat tonen de studies naar homeopathie van de hoogste kwaliteit aan?
Onder ‘de beste studies’ verstaan mensen gewoonlijk de uitvoerige systematische analyses van de resultaten van alle beschikbare, gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken (randomised controlled trials, RCT’s) over een bepaald onderwerp.
De meest recente, betrouwbare gegevens over de effectiviteit van homeopathie komen van een meta-analyse uit 2014 betreffende dubbelblinde RCT’s die uitwees dat homeopathische medicijnen, voorgeschreven gedurende een geïndividualiseerde behandeling, 1,5 tot 2 keer zo waarschijnlijk een genezend effect hebben dan placebo’s.1
Deze studie is een van de vier meest recente betrouwbare systematische reviews uitgevoerd door Dr. Robert Mathie tussen 2014 en 2019. Zoals Dr. Mathie uitlegt, wanneer je alle onderzoeken bij elkaar zet laat dit werk “een onweerlegbaar positief resultaat voor homeopathie zien”.
Er is meer onderzoek nodig om de huidige klinische basis van onderzoek naar homeopathie te verstevigen en uit te breiden. Maar deze systematische reviews en meta-analyses hebben het meest veelbelovende onderzoeksterrein bepaald, waardoor onderzoekers weten waar ze de focus van hun inspanningen op moeten richten om beleidsvormers en patiënten te informeren over de mogelijkheden van homeopathische behandelingen.
Meer details van deze jongste en vroegere systematische reviews over homeopathie (1991-2005) zijn te vinden op deze pagina: Clinical Trials Overview.
Als er positieve onderzoeken zijn, waarom weigeren mensen dan nog steeds aan te nemen wat het bewijs zegt?
Deze zaak lijkt te berusten op een ‘aannemelijkheidsbias’ dat wil zeggen, degenen die geloven dat homeopathie niet kan bestaan, zullen de resultaten van onderzoek anders zien dan degenen die geloven dat homeopathie kan werken of werkt.
Al in 1991 stelden de auteurs van de eerste van deze belangrijke onderzoeken zeer duidelijk in hun eigen rapport2:
“De hoeveelheid positief bewijs zelfs bij de beste onderzoeken kwam voor ons als een verrassing. Gebaseerd op dit bewijs zouden we moeten aannemen dat homeopathie effectief kan zijn, wanneer het werkingsmechanisme maar plausibel zou zijn.”
Hier moet bij worden opgemerkt dat geen van Dr. Mathie’s reviews waren opgenomen in het 2015 NHMRC Homeopathy Review omdat ze daarvoor te laat werden gepubliceerd, en omdat ze geen gegevens bevatten over bewijsvoering voor individuele medische aandoeningen. Toch is het moeilijk te bevatten waarom het 2017 EASAC position Statement on Homeopathy geen gewag maakt van deze vier reviews, terwijl ze de op dat moment meest relevante en betrouwbare gegevens over het onderwerp bevatten.
Bron:
Het Homeopathy Research Institute (hierna HRI), de auteurs van de inhoud, zijn filialen, partners, directeuren, werknemers of andere vertegenwoordigers geven echter geen verklaringen of garanties van welke aard dan ook, expliciet of impliciet, met betrekking tot het gebruik van of het onvermogen tot gebruik van de informatie, inhoud of materialen op deze website.
HRI is niet verantwoordelijk voor enige schade of verlies gerelateerd aan de tijdigheid, nauwkeurigheid of volledigheid van de informatie, diensten, producten of ander materiaal op deze site.
In geen geval zal HRI, de auteurs van de inhoud, een van haar filialen, partners, directeuren, werknemers of andere vertegenwoordigers aansprakelijk zijn voor enige consequentie die direct of indirect gerelateerd is aan enige actie of het nalaten van actie die u onderneemt op basis van de informatie, diensten of ander materiaal op deze site.
HRI neemt geen verantwoordelijkheid voor de inhoud van gelinkte websites en heeft geen controle over de beschikbaarheid van specifieke pagina’s op gelinkte websites. De aanwezigheid van links mag niet worden opgevat als enige vorm van goedkeuring.
Behoudens voor zover specifiek vermeld op deze website en voor zover wettelijk toegestaan, is noch HRI, noch een van haar gelieerde ondernemingen, partners, directeuren, werknemers of andere vertegenwoordigers aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit of verband houdt met het gebruik van deze website of de informatie, inhoud, materialen of producten op deze websitepagina.